Nachtmerries van een muziekbibliothecaris
Vanwege de unieke samenstelling van het Metropole Orkest moet bijna elk muziekstuk opnieuw gearrangeerd worden. Ooit bedacht hoe elke muzikant dan toch de juiste partituur op de lessenaar krijgt? Juist. Hoe de techniek ook is veranderd; de partituur levert al 65 jaar dezelfde gezonde stress op. Met veel last minute kopieer-, knip- en plakwerk.
Het Metropole Orkest speelt het ene moment de kakelverse songs van een net opkomende artiest en het volgende moment een gouwe ouwe (maar dan wel in een nieuw jasje). Omdat het grootste deel van het pop-, jazz- en wereldmuziekrepertoire oorspronkelijk niet voor orkest is, zijn er dagelijks arrangeurs bezig met het bedenken en schrijven van ‘nieuwe noten’.
Twintig jaar geleden gebeurde dat nog met de hand en stond er een legertje kopiisten paraat om de partituur over te schrijven naar losse partijen. Vaak was dit nachtwerk: de arrangeur leverde zijn werk een dag van te voren in en de volgende ochtend stonden de partijen, nog nat van de inkt, op de lessenaars. Niet iedere arrangeur kon even goed overweg met deadlines.
De komst van muzieknotatiesoftware heeft de werkwijze veranderd. Eerst waren het gespecialiseerde kopiisten die een handschrift in de computer invoerden en daarna de partijen opmaakten. Ook arrangeurs waagden zich aan het componeren vanachter een beeldscherm. Het werken met deze programma’s was aanvankelijk geen sinecure maar er kwamen allerlei vernieuwingen en verbeteringen. Inmiddels zorgt vrijwel iedere arrangeur voor een compleet digitaal bestand met partituur en partijen.
Doordat de bibliothecaris de meeste bladmuziek niet meer fysiek ontvangt, moet hij voor elke productie een grote hoeveelheid partituren en partijen printen en inbinden. Daarbij is het aan hem als eerste om onvolkomenheden te constateren. In de eerste plaats gaat het dan om de opmaak en leesbaarheid in het algemeen waarbij ook wordt gelet op de specifieke wensen van de dirigent. Soms zijn partijen niet juist getransponeerd of in een verkeerde sleutel genoteerd en wordt de arrangeur gevraagd dit te herstellen. Ook technische problemen, zoals een lettertype dat de printer niet accepteert, zorgen wel eens voor hoofdbrekens.
Bij bestaande orkestwerken is de bezetting vaak afwijkend. Met de producer wordt dan gekeken welke partijen getransponeerd moeten worden voor andere instrumenten. Ook voor het samenvoegen van arrangementen tot een medley wordt er door de bibliothecaris heel wat gekopieerd, geknipt en geplakt om het tot een uitvoerbaar geheel te maken. Vooruitwerken is er in ieder geval niet bij. In tegenstelling tot klassieke orkesten verschijnen de meeste noten voor het Metropole Orkest enkele weken voor uitvoering voor het eerst op papier. En nog steeds geldt dat sommige arrangeurs de deadlines eindeloos kunnen opschuiven. Maar die hoge mate van actualiteit maakt het mede tot een uniek orkest.
Embert-Jan Messelink, muziekbibliothecaris
Embert-Jan Messelink is als medewerker van de Muziekbibliotheek van de Omroep nauw betrokken bij de bibliotheek van het Metropole Orkest.
Laatste aanpassing op dinsdag 26 juni 2012