Paper.li Blogger Facebook Twitter
Zoek in catalogus

100 jaar ... Benny Vreden

Op 17 februari 1913 werd in Amsterdam Benoni Roelofs geboren. Hij groeide op aan de Dalweg in Soest, waar hij een groot deel van zijn leven zou doorbrengen. Hij doorliep de Handelsschool en de HBS. Vervolgens werd hij vertegenwoordiger van bandenfabrikant Vredestein, maar hij besteedde steeds meer tijd aan het schrijven van teksten en gedichten. In de jaren ’30 verschenen in de Soester bladen meer dan 300 gedichten van zijn hand over de actualiteit van de dag. Hij drong langzaam door in het wereldje van het cabaret en werd in 1938 gevraagd als conferencier en liedjeszanger mee te werken aan de Bonte Dinsdagavondtrein, het populairste (AVRO-)radioprogramma van die jaren. Hij begeleidde zichzelf op piano of accordeon. Daarmee begon zijn succesvolle loopbaan, onder de naam Benny Vreden.

Kort na de Tweede Wereldoorlog leidde Benny Vreden enige maanden het ‘ondergrondse’ cabaret De Molshoop, gevestigd in een gelijknamig ‘theater’ in een bunker in Soest. Hieraan werd o.a. meegewerkt door Wim Ibo, Hetty Blok en Lia Dorana. Hij was enige tijd hoofd van de amusementsprogramma’s van Radio Herrijzend Nederland en de Wereldomroep. Met onder meer Piet Ekel richtte hij een groep op, die aanvankelijk ‘VPRO-Cabaret’ heette, maar in de praktijk al gauw gewoon Gezelschap Benny Vreden werd genoemd. Met wisselende thema’s en samenstelling trok men namens de omroep het land door, 150 avonden per seizoen, 7 jaar lang, op basis van eigen teksten, ideeën en muziek. Toen Wim Sonneveld plotseling een tournee voor militairen in het toenmalige Nederlands-Indië moest afzeggen nam het Gezelschap Benny Vreden zijn plaats in, waarna ook nog Brussel, Londen en Parijs werden aangedaan.

In zijn bijzonder informatieve boek ’n Luisterrijk verleden rangschikte Piet Ekel Vreden decennia later onder de ‘alleskunners’: de weinigen die alle aspecten van het vak beheersen. Op het terrein van ‘de radio’ waren dat volgens Ekel Jan de Cler, Willy van Hemert en ‘duivelskunstenaar’ Benny Vreden. In diezelfde periode maakte hij deel uit van radio-ensembles, o.a. een sextet met Guus Jansen (waarvoor hij o.a. Het rhythme van het leven schreef). Hij schreef liedjes voor ensembles van diverse omroepen, zoals de Romancers o.l.v. Jos Cleber. Zijn compositie ’t Is kersenfestijn in spreeuwenland werd bekend door de vertolking van de Jonge Flierefluiters o.l.v. Johan Jong. Zijn bekendste lied is Heel de wereld, waarmee Corry Brokken in 1958 het Nationaal Songfestival won (arrangement Bert Paige, 9e op het Eurovisiesongfestival). Vreden schreef ook tunes voor radiorubrieken als De groenteman (AVRO).


In 1953 begon hij een kinderliedjesprogramma waarmee hij even bekend werd als een decennium later Swiebertje: Barend Bluf (ondertitel: Liedjes voor de jeugd met een tikje deugd). In 1967 vertelde hij in een interview hoe dat tot stand kwam: 'Het was in de stille tijd – de zomermaanden van 1953 – toen ik ineens een idee kreeg om een kinderliedjesprogramma te maken. Ik kwam erop, omdat ik overal – van kleuters tot beginnende teenagers – liedjes hoorde zingen van Max van Praag en Eddy Christiani. Uitstekende artisten, maar zij brachten toch echt niet een repertoire afgestemd op kinderen. Ik dacht, misschien kan ik wel een paar opvoedende kinderschlagers maken, want ik had en heb nog steeds een pedagogische tik. Ik schreef een paar liedjes en probeerde die uit op een paar kinderpartijtjes. De liedjes deden het wel vond ik. Ik zocht contact met de VARA. Daar zeiden ze: probeer het maar, het is nu toch een slappe tijd. Met die liedjes stapte ik naar de studio [in het huidige MCO-gebouw, red.] en begon te zingen samen met de kinderen, die men daar verzameld en dus aan mij overgeleverd had. Het ging prachtig. Het was een live-uitzending zonder repetities vooraf. Eigenlijk was iedere uitzending een repetitie, want wij stopten als het fout ging. Lopend naar de studio had ik pas de naam van het jongetje bedacht, waarover ik een paar liedjes had geschreven, namelijk Barend Bluf. Een jongetje, dat alles fout deed. Na de tweede uitzending bleek mij, dat ik niet meer behoefde te zoeken naar onderwerpen voor Barend. De kinderen kwamen er zelf al mee aandragen. Ze vertelden in geuren en kleuren dat ze Barend Bluf op de ’s-Gravelandseweg hadden zien lopen, waar hij gevaarlijk overstak. Dat Barend Bluf zich nooit waste en ga zo maar door, want de kinderfantasie is onuitputtelijk.' Zo ontstonden liedjes als De politie is mijn beste kameraad, De natuur is geen vuilnisbak en Doe het dopje op de tube van de tandpasta. 'Het programma sloeg ongelofelijk aan. Er werden Barend Bluf-grammofoonplaten gemaakt, boekjes enz.' Benny Vreden kwam er 7 jaar lang driemaal in de week, om zeven uur ’s avonds samen met een kinderkoortje via de radio mee in de Nederlandse huiskamers.



Vreden bezat een veelzijdig talent: hij was niet alleen liedjesschrijver, conferencier, zanger en pianist, maar ontdekte ook jong talent zoals Thérèse Steinmetz en Saskia & Serge en was bovendien een belangrijk producer. Zo richtte hij een eigen productiebedrijf op, was hij bedenker en uitvoerder van het eerste huifkarcabaret, schreef hij musicals en andere zangspelen voor amateurs, o.a. ten behoeve van scholen, verenigingen en bedrijven. Hij coachte en begeleidde zangers in de ‘lichte muziek’-wereld en legde zich toe op muziek met en voor kinderen. Zo bedacht hij de jaarlijkse musical voor de hoogste klas van de basisschool. Nog altijd worden liedjes, verhaaltjes etc. voor de jeugd door het bedrijf geproduceerd. Naast alle genoemde activiteiten speelde Vreden bovendien een sleutelrol in de geschiedenis van de reclamesingle. Zijn bedrijf was actief op de volgende gebieden: jingles, spots, radioprogramma’s, films, tv-campagnes, grammofoonplaten, achtergrondmuziek, geluidseffecten en ‘jingle-reclame op voetbalvelden’. De studio produceerde talloze liedjes ‘die niet voor de hitparade zijn gemaakt’. Vreden zette hiervoor ook bekende artiesten in: Corry Brokken, Herman Emmink, Jos Brink, Harry de Groot en vele anderen. Meestal schreef hij zelf tekst en muziek, en leidde het ensemble.

Bronnen: o.a.
• D. Hell/F. Jonker: De muzikale verleiding (Amsterdam, 2009)
• Piet Ekel: ’n Luisterrijk verleden (Gopher, 2002)
• J. van Steendelaar: Ondergronds cabaret ‘De Molshoop’ : in 1946 voorgoed ‘zand erover’, in: Van Zoys tot Soest (1998-1999).

LINKS:
Muziek van Benny Vreden in de MB-collectie
Muziek van Benny Vreden beschikbaar op Muziekschatten.nl

Andere artikelen in deze rubriek

Laatste aanpassing op dinsdag 19 februari 2013

« Terug naar het overzicht.

< Vorige Volgende >

100 jaar ... Benny Vreden